Chopin

Op een verloren moment luister ik naar Chopin. Dat doe ik vaker wanneer er niets is wat om aandacht vraagt. Chopin maakt verloren momenten minder verloren, maar zijn muziek geeft ook ruimte, hij laat zich goed combineren. Een boek lezen bij Chopins nocturnes gaat me prima af. Bij Mahler, Lange Frans of Schönberg – om maar eens wat namen te noemen – lukt me dat nauwelijks. Wel merk ik dat na een paar bladzijden en wat nocturnes verder de slaap opkomt, maar daar zijn het nocturnes voor.

Chopin is ook duidelijk met zijn composities, hij geeft met de titel aan wat je mag verwachten. Zoals gezegd: de meeste nocturnes of nachtstukken stimuleren een aangename nachtrust. Bij zijn études wil je meteen pianoles nemen en bij de polka’s en mazurka’s dansen we hier zwaaiend en zwierend door de doorzonkamer. Alleen bij de polonaises haak ik af, mijn vriendin heeft er een hekel aan en een éénmanspolonaise is een armeluisdansje.

Gisteravond luisterde ik naar de préludes van Fréderique en las korte stukken uit het onvolprezen boek van Arthur Schopenhauer: ‘Er is geen vrouw die deugt’. Chopin en Schopenhauer waren tijd- en landgenoten, een gouden duo voor verloren momenten.